Nederlandse naam; Woestijnspringmuis
Latijnse naam; Jaculus jaculus
Kop-romplengte; 8-11 cm.
Staartlengte; 15-20 cm.
Gewicht; 50 gram.
Gemiddelde 5-7 jaar (gevangenschap)
Levenswijze; groepsdier, nachtdier.
Verspreiding; Noord Afrika, woestijnen.
Er zijn 9 geslachten echte springmuizen. Hun verspreidingsgebied omvat Noord - Afrika en Centraal - Azië. Ze komen oorspronkelijk uit zanderige en rotsachtige steppe- en woestijnachtige gebieden. Momenteel worden een aantal soorten steeds vaker als huisdier gehouden, oa: woestijnspringmuis (Jaculus jaculus), Reuzenwoestijnspringmuis (Jaculus oriëntalis) en de Paardenspringmuis (Allactaga tertradactyla) Springmuizen zijn niet groot, van kop tot het begin van de staart zo'n 8 tot 17 cm, de gepluimde staart is ongeveer 15 tot 25 cm lang. De kop van de springmuis is vrij kort en breed, de neus weer vrij spits. Met zijn lange achterpoten lijkt hij wel wat op een kangaroe. De kleur is bij de meeste soorten zandkleurig op de rug met een lichte buik en een lichte streep over de heup. De staart draagt een wit met zwart pluimpje aan het eind en wordt gebruikt als steun. De snorharen zijn vrij lang en de oren hebben bij veel soorten wel wat weg van konijnenoren. Het sociale nachtdieren, die allerlei planten en insekten eten. Woestijnspringmuizen lijken qua voortbeweging wel wat op miniatuur-kangaroetjes. Overdag zijn ze zelden te zien en houden zich dan op in hun huisje. De ingang wordt zorgvuldig dichtgestopt met zand en wol. 's Nachts zijn ze al huppelend en springend hun verblijf aan het onderzoeken. Het zijn zeer vriendelijke diertjes die snel voedertam worden en bijna nooit bijten. Als ze schrikken kunnen ze geweldige sprongen maken van ruim 1 meter. In sommige gevallen houden springmuizen een winterslaap. Daglengte en temperatuur spelen hierbij een rol. Opvallend is dat het vaak de soorten zijn uit Centraal-Azië die in winterslaap gaan. De winterslaap kan enkele maanden duren. In de huiskamer komt het echter bijna niet voor.
Springmuizen leven oorspronkelijk in familieverbanden in een onderaards tunnelsysteem dat heel omvangrijk kan zijn. In gevangenschap is het houden van verschillende generaties mogelijk, maar als de groep te groot wordt voor de kooi zullen er gevechten om de territoria uitbreken. Springmuizen die alleen in een verblijf gehouden worden, zullen zich erg ongelukkig voelen. Deze dieren hebben altijd in ieder geval één soortgenoot nodig. Elkaar schoonpoetsen is een belangrijke vorm van sociaal gedrag bij deze dieren. Twee vrouwtjes gaan goed samen, twee mannetjes meestal ook.
Het bij elkaar zetten van volwassen springmuizen kan nog wel eens problemen geven. Een indringer wordt in het territorium niet snel geaccepteerd; ze kunnen elkaar zelfs doodbijten.
Voor het bij elkaar zetten van dieren ga ik ervan uit dat er geen jongen geboren worden. Rekening houdend met de aard van springmuizen, zijn de volgende combinaties mogelijk:
- twee of meer vrouwtjes
- twee of meer mannetjes
Verreweg het meest geschikte onderkomen voor twee springmuizen is een ruime aquariumbak van minimaal 100 x 50 cm. Een groepje springmuizen heeft meer ruimte nodig. De reuzenspringmuis heeft echter nog veel meer ruimte nodig voor hun is een minimale lengte van de bak toch wel snel 200 a 300 cm. Dek de bak wel af met een met gaas gespannen houten raamwerk om ontsnapping te voorkomen. In een aquariumbak kunnen de springmuizen graven en een sociaal leven leiden. Voor de eigenaar is een aquarium ook leuk: de dieren zijn hierin makkelijk te observeren. Plaats een verblijf niet in de volle zon. De temperatuur loopt vooral in een aquarium snel hoog op.
Op de bodem kan het best een dikke laag zand liggen. Wat stenen en stronken kleden het verblijf verder aan. Let erop dat deze niet in de springroute liggen van de dieren. Ze zien slecht diepte en kunnen hun lange achterpoten gemakkelijk bezeren. Een stenen kruik of bloempot biedt een goed onderkomen voor de dag. Schapenwol is een geliefd nestmateriaal. Vanwege hun gevoeligheid voor geluiden en trillingen, is het niet verstandig deze dieren in de buurt van geluidsapparatuur te houden. Plaats daarom het verblijf op een rustige plaats. Voor het onderhoud van hun vacht nemen ze graag een zandbadje met speciaal badzand (chinchillazand).
De springmuis is relatief makkelijk te houden. De diertjes zijn 's nachts wakker en actief; ze hebben erg weinig last van ziekten en zijn rustig en opgewekt. Door zijn afkomst uit de woestijn gaat een springmuis zeer zuinig met zijn lichaamswater om. Er wordt weinig geürineerd en z'n uitwerpselen zijn droog. Het verblijf hoeft dus niet vaak schoongemaakt te worden. Wel moet elke dag even gekeken worden of er geen voedsel is begraven dat kan gaan schimmelen of rotten. Vaak vinden springmuizen het prettig hun vacht te verzorgen met behulp van een bakje zand; gebruik hiervoor speciaal badzand. Springmuizen zijn erg gedwee en handelbaar. Ze bijten of krabben niet, tenzij er erg ruw met de diertjes wordt omgegaan. Steekt men een hand in de kooi, dan zal de springmuis daar nieuwsgierig opklimmen en de hand en arm aan een onderzoek onderwerpen.
Was de handen goed na ieder contact met de springmuis of zijn omgeving.
Springmuizen eten voornamelijk plantaardig voer, af en toe aangevuld met wat dierlijk voedsel (bijvoorbeeld meelwormen). Gerbil - of hamstervoer is een goede basis. Het basisvoer kan worden aangevuld met weinig fruit en groente en hooi. Opgroeiende jongen eten ook graag kanarie-opfokvoer en gekiemde zaden. Geef springmuizen altijd een bakje vers water. Ondanks de wetenschap dat deze dieren weinig drinken en zuinig met water omgaan, moeten ze altijd over water kunnen beschikken. Vooral als ze het warm hebben of zich niet lekker voelen, verbruiken springmuizen meer water dan ze uit hun groenvoer kunnen opnemen. Reuzenwoestijnspringmuizen (Jaculus orientalis) komen voor in kustgebieden en drinken zeewater. Voor deze soort is een zoutliksteen beslist noodzakelijk!
- KnaagdierenBeginthier
- Knagers online!
- Cavia Opvang 't Kuufke
- Knaagdierencentrum Aa&Hunze
- Opvang Jamie's
- Moederloze dieren
- Gerbil.nl